Wanneer camera's uitgaan, blijven contracten bestaan

Zwijggeld

De advocate van Miranda keek voor de derde keer naar het bedrag op haar rekenmachine. Twee miljoen driehonderdduizend euro. Zelfs voor een vrouw die gewend was aan de bizarre bedragen die in het Nederlandse entertainmentrecht circuleerden, was dit astronomisch. Het was het soort geld dat je verwacht bij internationale fusies, niet bij de nasleep van een televisierelatie die was geëindigd zoals de meeste televisierelaties eindigen: in tranen, beschuldigingen en advocatenbrieven.

Viktor had zijn rijk gebouwd op de Nederlandse drang om naar andermans leven te kijken. Elf seizoenen lang hadden miljoenen Nederlanders wekelijks gekeken naar zijn zogenaamde authentieke leven, compleet met echte liefde, echte ruzies en blijkbaar ook echte mishandeling. Toen Miranda vier jaar geleden het beeld binnen wandelde, was het alsof het script zichzelf ging schrijven. De kijkers waren verslaafd, de adverteerders enthousiast, en de geldkraan stond wijd open.

Maar wat de kijkers niet zagen, was wat er gebeurde nadat de camera's uitgingen. De contracten die werden getekend, de geheimhoudingsbedingen die werden opgesteld, en de advocaten die als circushonden om elke euro cirkelden. In februari 2023, drie maanden na het definitieve einde van hun relatie, zaten Viktor en Miranda tegenover elkaar aan een mahoniehouden tafel waar een overeenkomst lag die hun toekomst zou bepalen.

Miranda zou later beweren dat ze onder druk was gezet, dat ze bang was, dat ze geen keuze had. Viktor zou volhouden dat alles vrijwillig was gebeurd, dat ze zelfs nog samen op vakantie waren gegaan na het tekenen. Maar contracten zijn als tatoeages: makkelijk te zetten, moeilijk weg te krijgen.

De problemen begonnen toen Miranda besloot haar verhaal te vertellen. Niet aan een therapeut of aan een vriendin, maar aan het Nederlandse publiek. Shownieuws, RTL Boulevard, de Telegraaf – niemand kon weerstand bieden aan het verhaal van de televisieliefde die was omgeslagen in huiselijk geweld. Met elke publicatie tikte de rekenmachine van Viktors advocaat verder: tienduizend euro per overtreding, duizend euro per dag dat de overtreding voortduurde.

De rechtbank in Den Bosch werd het toneel waar de Nederlandse obsessie met realiteit-tv botste met de harde werkelijkheid van contractenrecht. Miranda hoopte dat haar verhaal over mishandeling het geheimhoudingsbeding teniet zou doen. Viktor hoopte dat zijn contract zijn reputatie zou redden. Beide partijen onderschatten hoe weinig rechters geven om de sentimenten van het publiek wanneer er handtekeningen onder contracten staan.

Negen overtredingen, besliste de rechter uiteindelijk. Negen keer had Miranda in het openbaar gesproken over dingen waarover ze had beloofd te zwijgen. Negentig duizend euro, niet de miljoenen die Viktor had geëist, maar genoeg om duidelijk te maken dat zwijgen in Nederland nog steeds geld waard is.

Het publicatieverbod voor Miranda's boek werd afgewezen. De rechter was duidelijk: preventieve censuur bestaat niet in Nederland, zelfs niet voor ex-geliefden met dure advocaten. Miranda mocht haar boek schrijven, maar elke regel zou kunnen leiden tot nieuwe rechtszaken, nieuwe rekeningen, nieuwe drama's.

Wanneer liefde eindigt in contracten en contracten eindigen in rechtszaken, zijn er geen winnaars, alleen facturen. De camera's kunnen uitgaan, maar de advocaten blijven draaien.


Toelichting:

Deze zaak illustreert de complexe juridische kwesties die kunnen ontstaan wanneer publieke figuren geheimhoudingsovereenkomsten sluiten na het beëindigen van persoonlijke relaties. De rechtbank Oost-Brabant werd bevoegd verklaard op basis van een forumkeuzebeding in de vaststellingsovereenkomst, ondanks het feit dat een van de partijen in het buitenland woonde.

Het geheimhoudingsbeding omvatte zowel artikel 6 (verbod op openbare mededelingen over de affectieve relatie en beëindiging daarvan) als artikel 7 (geheimhouding over alle bijzonderheden betreffende de andere partij). Cruciaal was de rechterlijke vaststelling dat uitlatingen over vermeende mishandeling onder beide bepalingen vielen, omdat deze zowel betrekking hadden op gedragingen tijdens de relatie als op bijzonderheden waarvan geheimhouding in het belang van de andere partij was.

De rechtbank verwierp alle verweren tegen de geldigheid van de overeenkomst. Het beroep op nietigheid wegens strijd met de goede zeden faalde omdat het beding slachtoffers niet verhindert aangifte te doen of zich algemeen uit te laten over huiselijk geweld - het verbiedt alleen specifieke openbare uitlatingen over de ex-partner. Het beroep op wilsgebreken (bedreiging en misbruik van omstandigheden) strandde op onvoldoende bewijs van de gestelde stelselmatige mishandeling en de gemoedstoestand ten tijde van ondertekening.

Opmerkelijk is de afwijzing van het publicatieverbod ondanks de vastgestelde contractuele overtredingen. De rechtbank paste hier artikel 7 Grondwet (vrijheid van meningsuiting) streng toe: preventieve censuur is alleen mogelijk bij zeer uitzonderlijke omstandigheden met grote mate van zekerheid over toekomstige schade. Het feit dat de precieze inhoud van het boek nog niet vaststond en de publicatie was uitgesteld, maakte preventief ingrijpen onrechtmatig.

De procedure:

Rechtbank Oost-Brabant, 13 augustus 2025, zaaknummer C/01/405479 / HA ZA 24-384. De zaak betrof een conventionele vordering tot betaling van contractuele boetes wegens overtreding van geheimhoudingsbedingen, en een reconventionele vordering tot nietigverklaring respectievelijk vernietiging van de vaststellingsovereenkomst. Na verwijzing door de rechtbank Midden-Nederland wegens het forumkeuzebeding, wees de rechtbank een gedeeltelijk toewijzend vonnis waarbij van de gevorderde 2,3 miljoen euro uiteindelijk 90.000 euro werd toegekend voor negen bewezen overtredingen.